Het is één van de vele details die het fietsen bijzonder onprettig kan maken: schoenplaatjes. De plaatjes onder je fietsschoenen hebben veel invloed op je fietsprestaties. Waarschijnlijk meer dan je zou denken. Ze bepalen onder welke hoek jouw benen hun druk moeten overbrengen. Hoeveel speling jouw voet heeft. Zelfs hoe snel je uit het pedaal klikt, wat bij een valpartij cruciaal kan zijn. Het juist monteren van de plaatjes is dan ook een belangrijke taak. Maar hoe pak je zoiets eigenlijk aan?
Schoenplaatjes en de stand van je lichaam
Uiteraard zijn er professionele manieren om de beste positie op de fiets te bepalen. Neem bijvoorbeeld een fietsmeting. Maar als je hier geen tijd, zin of geld voor hebt, dan gelden er een aantal vuistregels die kunnen helpen bij het bepalen van een goede positionering van de plaatjes. De eerste stap is om eens nauwlettend naar je eigen voeten te kijken. Een aantal details zijn hierin belangrijk. Waar in de schoen bevindt zich de bal van je voet? En hoe staan je voeten, als je deze gewoon op de grond plaatst?
De bal van je voet
Over het algemeen wordt aangenomen dat de beste locatie van de plaat precies onder de bal van de voet ligt. Waarom? Het heeft alles te maken met het “hefboomeffect”. Wanneer je het plaatje zo ver mogelijk onder de neus van de schoen plaatst, heb je inderdaad een grotere “hefboom”. Hiermee voeg je extra kracht aan de pedaalslag toe, die vanuit de beenspieren wordt ingezet. Maar dit kost veel meer kracht, vooral in de onderbenen.
Het tegenovergestelde is het geval wanneer je de pedaal zo ver mogelijk richting de hiel van de voet plaatst. Hoewel elke pedaalslag nu een stuk minder kracht zal kosten, zul je ook minder kracht kunnen omzetten in snelheid.
De bal van je voet wordt dus als richtpunt gebruikt, als een soort “gulden middenweg”. Uiteraard is het aan jezelf om hiermee te spelen.
De stand van je voeten
Vervolgens is het verstandig om te kijken naar de normale stand van je voeten. Veel mensen staan namelijk niet volledig recht op hun voeten; de tenen wijzen meestal nét iets naar binnen of naar buiten. Je komt hier het snelst achter door met je voeten op schouderbreedte te gaan staan. Kijk vervolgens omlaag, om te zien of jouw voeten een beetje gedraaid staan. Als dat het geval is, kan het verstandig zijn om deze draaiing mee te nemen tijdens het monteren van de plaatjes. Wanneer je dit niet doet, ga je kracht zetten in een houding die mogelijk geforceerd is. Dit kan, onder andere, voor de bekende knieklachten zorgen.
Knieën naar binnen of buiten?
We zijn er bijna. Deze laatste aanpassing kan je het beste al fietsende beoordelen. Als je alle bovenstaande aanpassingen goed hebt uitgevoerd, moet het pedaleren weer als een tweede natuur voelen. Top! Maar het is belangrijk om te controleren of je voeten recht onder je knieën staan tijdens het uitoefenen van de kracht. Het kan zijn dat je knieën meer naar buiten hangen; het is dan van belang om het plaatje meer richting de binnenkant van de schoen te verplaatsen. Hiermee komt je voet automatisch meer naar buiten (van de fiets af) op de pedalen te staan. Knikken jouw knieën juist naar binnen, richting het frame? Dan kan het slim zijn om de plaatjes juist naar buiten te schuiven.
Het juist monteren van de plaatjes is van belang voor een efficiënte pedaalslag, maar kan ook een hoop blessureleed voorkomen. Zo wordt aangeraden om bij nieuwe schoenen opnieuw naar de stand van je voeten (in de schoen) te kijken. Vergeet niet dat voor beide voeten een verschillende stand nodig kan zijn. Blijf je last houden, neem dan eens contact op met een specialist die naar jouw fietshouding kan kijken. Hoewel dit de basis van de juiste positie voor schoenplaatjes is, kan het zijn dat dit niet de oplossing is voor problemen die je als individu kan ondervinden.